7. Lasbaarheid

Dakbanen moeten op de bouwplaats eenvoudig, en met een zekere naadverbinding gelast kunnen worden.
De maatstaf voor de lasbaarheid van een dakbaan wordt in een lasvenster uitgedrukt. Hier geldt: des te groter het lasvenster, des te gemakkelijker is de baan te lassen, de lastechniek is zeker, en daarmee ook de dichtheid en de homogeniteit van de las.
Wezenlijke invloeden tijdens het lassen met hete lucht zijn o.a.:
- Materiaalkwaliteit van de dakbaan
- Materiaalsoort en inlage
- Ondergrond
- Omgevingstemperatuur
- Vochtigheidsgraad
- Veroudering van de dakbaan
- De soort lasautomaat
- Stroom verschillen in het elektriciteitsnet
Een homogene naadverbinding door middel van hetelucht lassen geeft veel zekerheid, en alleen een dak met dichte lasnaden, beschermd een gebouw tegen de weersinvloeden.
Eisen-pakket (volgens ERNST) | Uitkomsten van TU München | |
Lasvenster volgens ERNST (1999) aanwezig |
ECB Kunststofbaan | FPO-/TPO Kunststofbaan |
Ja/Nee | Ja | Ja |